Er is een dode gevonden in het Amsterdamse bos
Uit zijn ogen kruipen beestjes, in zijn oren groeit er mos
Zijn armen zijn verdwenen en zijn benen zitten los
Ach wie is die arme stakker in het Amsterdamse bos
De mensen zeggen zo gemakkelijk, kijk en lijk
Maar wat mij nu intrigeert, hoe heeft die man zich zo bezeerd
Was hij gelukkig of verdrietig, was hij arm of was hij rijk
Er is een dode gevonden in het bos van Amsterdam
Ik vraag me af hoe deze dode hier nu zo te liggen kwam
Was het zijn hart of was het smart, was hij dood van blind of lam
Die arme dode stakker in het bos van Amsterdam
De mensen zeggen zo gemakkelijk, kijk en lijk
Maar wat mij nu intrigeert, hoe heeft die man zich zo bezeerd
Was hij gelukkig of verdrietig, was hij arm of was hij rijk
Misschien dacht hij toen hij leefde wel, ach was ik maar vast dood
Ik heb mijn vrouw en ik heb mijn kinderen, ik heb mijn bromfiets, ik heb mijn brood
Maar mijn vrouw wordt oud en lelijk en de kinderen worden groot
Van mijn brommer hou ik niks meer dan mijn jicht en een hoopjes groot
De mensen zeggen zo gemakkelijk, kijk en lijk
Maar wat mij nu intrigeert, hoe heeft die man zich zo bezeerd
Was hij gelukkig of verdrietig, was hij arm of was hij rijk
Nu ik die dode goed bekijk, nu zie ik duidelijk wie het is
Het is het vriendje van mijn vrouw, ik heb mijn brood
Het is het vriendje van mijn vrouw, als ik me niet ernstig vergis
Ik heb haar barmen met zijn benen en zijn armen zijn verdwenen
Ach helaas die arme armen waar mijn vrouw een uit mocht wenen
De mensen zeggen zo gemakkelijk, kijk en lijk
Maar wat mij nu intrigeert, wie heeft die man toch zo bezeerd
Hij was gelukkig of verdrietig, maar nu hebben we het omgekeerd